Dag 1: vrijdag 22 juni 2018
De eerste dag van een lange vakantie ! We vertrokken rond 11 uur ’s ochtends na het inpakken van de laatste spulletjes en het aankoppelen van de caravan. Net voorbij de Afsluitdijk even tijd voor een koffiestop, en die was we wel nodig: er stond een stevige wind, dus opletten is geboden. Vooraf hadden we verschillende mogelijkheden uitgezocht voor een overnachting, maar omdat we niet volledig file-vrij reden, onder meer bij Groningen file en natuurlijk een paar keer in Duitsland. Daar blijven ze aan de weg werken. Bij Oldenburg vonden we het wel genoeg. Om 16 uur draaiden we de weg naar camping Falkensee op. Een grote camping met een goed restaurant, waar we super-Duits een schnitzel met pommes frites aten.
Gereden km’s: 355 km
Dag2: zaterdag 23 juni 2018
Eerst ontbijten met verse broodjes en om 10 uur reden we weg. Het was maar goed dat we in 2 dagen reden, want de Duitse economie wordt hier volgens mij gestimuleerd door overal aan de weg te werken! Ook zo fijn, om met een caravan achter je over die super-smalle baantjes te rijden. Aan de andere kant wel weer goed voor je stuurmanskunst. Met maar een paar korte stops reden we om 14.30 uur in Kiel de Schwedenkai op, waar al een aardige rij stond te wachten en de gigantische StenaLine boot klaar lag. Toen we Bas een foto van de boot appten, stuurde hij direct een filmpje op over de Stena Line met het liedje “staying alive” eronder. Op de kade komt Marcel nog een bekende tegen: iemand van de zeilvereniging. Hij is met zijn vrouw, auto en caravan ook onderweg naar Zweden.
Het boarden startte al vrij snel: om 15 uur reden de eerste auto’s de boot op. Over 3 dekken verdeeld: auto’s, vrachtauto’s, camper, auto’s met caravans.
Om 17.45, precies op tijd, werden de trossen losgegooid. Jammer genoeg doet het weer niet echt mee: in de regen stonden we op het topdek (dek nr. 12!) te kijken hoe de boot de haven uitvoer. Indrukwekkend om zo’n gigantische boot eerste een paar honderd meter achteruit zien te varen en daarna een complete draai te zien maken in de haven. Ook heel leuk om het uitzicht te hebben op de “Kieler Woche”, een zeilevenement met wedstrijden en allerlei bijzondere zeilboten: een soort Sail in het klein.
Gaaf is ook onze front view hut: we zien (we zitten binnen omdat de regen doorzet) zeilwedstrijden en andere grote boten nog net voordat we naar het dinerbuffet gaan. Marcel is helemaal enthousiast!
Na het diner gaan we naar onze hut: dit verslag schrijven en voorbereiden voor het slapen. Maar het uitzicht is zo mooi, dat dat nog even duurt. Rond half 12 varen we onder de grote Sontbrug door. Prachtig: de pilonen zijn verlicht, de auto’s hebben natuurlijk ook hun lichten aan, en onze gigantische boot glijdt soepel over het water onder de brug door. De nacht is verder een beetje rommelig met nogal harde bedden en af en toe geluid vanuit de gang.
Gereden km’s: 234 km.
Dag 3: zondag 24 juni 2018
Om half 7 staan we op: om 7 uur ontbijten we en gaan daarna naar het topdek om de boot de haven in te zien varen. Ook hier zien we een scherenkust (net als vorig jaar in Zweden-Stromstad), met veel kleine rotsige eilandjes, een enkele met een huis er op. We zien zeilbootjes, andere grote schepen, kano’s, varen onder een grote tuibrug van 45 meter hoog door, mooie gebouwen langs de kust van Göteborg, met een strakblauwe hemel en opkomende zon. Ik begrijp de inspiratie voor de Peer Gynt suite!
We meren 9.15 aan, exact volgens het reisschema. De boot werkt volgens het “roll on-roll off” systeem (achteraan er in, vooraan er uit), dus wij mogen als een van de eersten van boord. Göteborg slaapt nog op deze vroege zondagochtend. Wij laten de stad achter ons met als einddoel Örebro: een klein stadje met een mooi oud centrum. Ze hebben ook een mooie camping, camping Gustavik, (de enige in de buurt) met veel faciliteiten: uitgebreid speelparadijs, groot zwembad, sauna, restaurant etc. Allemaal voor ons niet nodig, maar we zien het wel terug in de prijs: 45 euro. Nu was het plan toch om er maar 1 nacht te blijven dus dat komt goed uit. We plaatsen de caravan en gaan richting stad om het oude slot te bekijken. Blijkt dat pas vanaf maandag 25 juni te kunnen!
Gelukkig is het centrum verder ook mooi en gezellig: er zijn winkels open en de terrasjes zijn gezellig vol. Daar maken we dankbaar gebruik van. We besluiten morgenochtend dan maar het slot te bezichtigen en daarna weer verder te trekken naar Uppsala.
Gereden km’s: 296 km.
Dag 4: maandag 25 juni 2018
Het is mooi weer, dus we ontbijten buiten met verse broodjes (dat is wel het voordeel van zo’n luxe camping). We zijn om half 10 bij het slot, en dan blijkt het pas om 10 uur open te gaan. Het is de eerste dag dat het slot vrij te bezichtigen is en alles loopt nog niet gesmeerd. We lopen daarom eerst de stad nog even in om brood te kopen voor de lunch, waarna we alsnog om 10 uur het slot in gaan. Ze hebben acteurs ingezet die de historische figuren naspelen en alles gaat nog een beetje rommelig, wat het extra komisch maakt. Met QR codes kun je informatieve filmpjes over het slot en zijn geschiedenis bekijken op je smartphone: het slot dateert uit de 13e eeuw, met grote uitbouwen van de 16e eeuw. Indrukwekkend en op een speelse manier gebracht, wat wil je nog meer? Rond het middaguur vertrekken we naar Uppsala. We rijden langs eindeloze graanvelden, afgewisseld door dichte bossen. Regelmatig waarschuwingsborden voor overstekend wild/elanden. Gelukkig bleven ze vandaag uit de buurt! In Uppsala zoeken we een camping op. Het blijkt een eenvoudige stadscamping, camping Fyrushov, voor de helft van de prijs van Örebro. We installeren de caravan en gaan Uppsala in. Wat een mooie stad! Ook een universiteitsstad, dus levendig en gezellig met heel veel fietsers en weinig auto’s. Voor het Linneausmuseum zijn we te laat: we zijn er om kwart voor 5 en het gaat om 5 uur dicht. De tuin bij het museum kunnen we nog wel bezichtigen. Linneaus heeft de botanische classificatie ontworpen (in Harderwijk gestudeerd, maar hij woonde in Zweden, waar hij als arts werkte). Morgen gaan we het museum dan wel bezoeken, nu bekijken we nog de Domkyrka: een grote kathedraal die (zoals de hele stad) heel goed onderhouden is: mooi beschilderd en voorzien van veel glas-in-lood ramen.
Gereden km’s: 187 km.
Dag 5: dinsdag 26 juni 2018
We weten de weg, dus staan we om een paar minuten voor 10 voor het Linneaus museum. Blijkt het om 11 uur open te gaan! Geen nood, het is mooi weer, dus we wandelen eerst een stukje door de stad naar de botanische tuinen en het slot van Uppsala. Weer valt op hoe schoon en rustig de stad is: vooral fietsers en voetgangers. Het Linneaus museum heeft een audio tour, Engels gesproken. We wandelen door zijn huis, en krijgen uitgelegd hoe hij vooral academisch bezig was en zijn vrouw het hele huishouden bestierde: 7 kinderen hebben ze samen gekregen, dus dat zal een drukke boel zijn geweest. Het is een mooi huis, de meubels zijn nog origineel. Hij was een rijk man, vooral door de privé lessen die hij gaf.
Hierna gaan we naar Gamle Uppsala (gamle=oud). Hier zijn nog 3 grafheuvels over uit de Vinking-tijd. Na veel onderzoek weet men nog steeds niet wie hier begraven lagen. De doden zijn eerst gecremeerd en daarna is hun as samen met bezittingen in de grafheuvels ingegraven. In het bij behorende museum zie je wat daarvan nog is teruggevonden. Omdat er ook botten van dieren zijn gevonden, zijn er een aantal theorieën ontwikkeld over offers die hier zijn gedaan om de goden gunstig te stemmen.
Omdat het inmiddels al dik in de middag is, besluiten we eerst nog flink boodschappen in te slaan zodat we de komende dagen even flink kilometers te kunnen maken richting het Noorden. We blijven nog 1 nacht in Uppsala en zullen morgen op tijd vertrekken.
Gereden km’s: 36 (Uppsala e.o.)
Dag 6: Woensdag 27 juni 2018
We staan vroeg op, want we willen vandaag even een flink aantal kilometers maken. Iets voor 8 uur rijden we de camping af: het wordt een mooie dag: de zon is nog een beetje mager, maar het is al 20 graden. Einddoel is Ramvik, een klein plaatsje dat een mooie camping zou moeten hebben, aan een binnenmeer en vlakbij de “Hoha Küsten”: een stuk langs de Botnische golf met hoge, rotsachtige kusten. Ramvik ligt vlakbij een nieuwe, hele hoge brug over een brede baai. We rijden er naar toe door duidelijk ander landschap dan de voorgaande dagen: de graanvelden zijn weg, we rijden door bos, bos en nog eens bos. Langzaamaan steeds meer naaldbomen en minder loofbomen.
Langs de weg zien we vandaag wel voor de eerste keer dit jaar 2 rendieren grazen! Blijft leuk.
Hier en daar krijgen we waarschuwingen van de navigatiesystemen (ja, we hebben er 2: de standaard navigatie van de Tiguan en 1 speciale voor auto’s met caravans waar exact de gegevens van onze combinatie in staan) dat er werkzaamheden en wegversmallingen zijn. Maar vergeleken bij de smalle baantjes van de wegwerkzaamheden van Hamburg lachen we hier om! En ook gecombineerd met de hoffelijke Zweden (volstrekt anders dan de opgefokte Hamburgers, typisch foute Audi-rijders!) rijden wij soepeltjes naar Ramvik.
De beschrijvingen van de camping, camping Snibbens, kloppen: prachtig gelegen, en om half 2 kunnen wij nog op een plaats pal naast de oever van het meer staan. Ik krijg meteen zin om te zwemmen, maar twijfel of het water niet te koud is. Als ik een Zweedse het water in zie gaan twijfel ik niet meer. Na eerst nog een wandeling van een uur die ons is aangeraden door de receptioniste wegens het mooie uitzicht op de nieuwe, spectaculaire brug (die we overigens nauwelijks kunnen zien door de vele bomen die er voor staan), is het badpak + waterschoenen aan en gaan! Marcel verklaart me voor gek: hij heeft een bloedhekel aan koud water. Heel lang houd ik het niet uit, maar het frist wel lekker op!
Na buiten in het zonnetje gegeten te hebben, maken we plannen voor morgen: de weersverwachting is regen. Dat betekent dat we nog maar gaan voor een flink aantal kilometers. Misschien halen we Arvidsjaur: het “zilvercentrum” van de Sami: de route er naar toe vanaf de kust moet heel mooi zijn. Arvidsjaur zelf is heel klein, maar zou grotendeels uit winkels bestaan die de traditionele zilveren sieraden van het Sami volk verkopen. Met mijn naderende verjaardag zeer interessant natuurlijk! Trouwens: het Sami volk is het volk dat wij meestal de Lappen noemen, maar die naam schijnt niet juist te zijn.
Gereden km’s: 387 km
Dag 7: donderdag 28 juni 2018
Na een ontbijtje lekker buiten, gaan we op pad. We komen op het smalle pad vanaf de camping naar de hoofdweg een Zweed tegen die met recht een paarden*** genoemd mag worden. Hij kan zien dat passeren niet past, maar rijdt tot het laatste stukje door (wij staan al stil) en blijft wachten. Dat doen wij ook. Pas als wij gebaren dat hij toch echt achteruit zal moeten, kiest hij eieren voor zijn geld.
Vol goede moed draaien we de E45 op, in Noordelijke richting. We gaan over de nieuwe hoge brug. Die is echt loeihoog! Als ik naar beneden kijk, krijg ik direct hoogtevrees. Dan vertelt Marcel ook nog even dat de onderhoudsmonteurs op de dikke ronde buizen naar boven moeten klimmen. Het is echt waar, er staan tussendoor een soort ijzeren poortjes waar ze dan doorheen moeten. Brrrr! Gelukkig heb ik een ander vak gekozen!
Marcel zegt dat hij wel hoopt dat er snel een benzinestation komt. Als ik die check op de navigatie krijgen we het vrolijke nieuws dat het eerste benzinestation op 75 km afstand is. De boordcomputer geeft een actieradius van 90 km. Gelukkig blijken er meer benzinestations te zijn dan de navigatie kent, want na zo’n 30 km staat er een bordje langs de weg dat ons gelukkig maakt. Volgetankt hervatten we de reis.
We rijden weer langs bebost gebied. Het doet ons sterk aan het Noorden van de VS denken, ook door de houten huizen. Bovendien zie je dat dit een armere streek is, er staan nu ook vervallen huizen tussen. Omdat op de kaart staat dat de weg naar Arvidsjaur een toeristische route is, besluiten we via deze weg te rijden. Het is hier inderdaad mooi: de bossen worden afgewisseld met meertjes. Alleen wordt er gewerkt aan de weg….. Over een stuk van zeker 20 kilometer hebben we grote stukken met grof grind en gaten, waarop we niet veel harder dan 15-25 km per uur kunnen rijden. Het is intussen ook gaan regenen en de temperatuur is gezakt naar 10 graden. We hebben in de gidsen en apps ook nog geen camping kunnen vinden. We speuren of er goede plekjes langs de weg zijn, maar vinden die niet. Gelukkig zien we bij het binnenrijden van Arvidsjaur een campingbord: Camp Gielas. Het is inmiddels bijna 19 uur, het regent nog steeds en we hebben honger. Snel inchecken, caravan neerzetten en eten maken. Al met al een enerverende dag!
Gereden km’s: 487 km
Dag 8: vrijdag 29 juni 2018
Na een koude nacht worden we wakker van een zonnetje: de regen is opgehouden en we zien blauwe lucht tussen de wolken. Hoewel het maar 10 graden is, is het zalig weer. Na een ontbijtje van de bestelde mini baguettes (die wel erg mini blijken te zijn) besluiten we lopend naar het centrum te gaan: het zou ongeveer 15 minuten wandelen zijn. Arvidsjaur blijkt een heel leuk stadje te zijn: de E45 loopt er als hoofdweg doorheen en aan weerszijden staan houten huizen en winkels. Weer komt bij ons heel sterk de herinnering aan de Noordkant van de VS op (North Dakota, Montana). Tot en met de portaaltjes die de huizen voor hun voordeuren hebben zien we gelijkenis.
We bezichtigen de kerk (deze stamt uit 1903), maar er staat op die plek al een kerk sedert 1600. We bezoeken daarna “Lappstaden”: dat is een veldje met typische houten Sami huisjes: kleintjes met een piramidevormig dak en wat grotere rechthoekige. De kleintjes dienen als verblijf, de grote als opslagruimte. Die staan ook op de 4 hoeken op palen, zodat dieren niet bij het eten kunnen. Deze huisjes staan er al heel lang voor de bijeenkomsten die de Sami hier houden enkele keren per jaar. Op de officiële informatieborden lees je niet terug wat in de lonely planet gids wel staat: de Sami zijn gedwongen zich te bekeren tot het christelijke geloof en het bijwonen van kerkdiensten. Van origine hadden de Sami een shamanistisch geloof, niet zo gek voor een volk dat zo dicht verbonden is met de natuur. Wel wordt eerlijk vermeld dat de Sami (die leven van het houden van rendieren) het moeilijk hebben door de ontginnig van hun grondgebied, zowel door mijnbouw als door de industriële houtkap.
Als we terug zijn checken we uit om weer verder te rijden naar Jokkmokk: de hoofdstad van de Sami. We rijden over de E45, die hier veel smaller is. Een lange rechte weg die glooit over de heuvels vol naaldbomen en berken, af en toe onderbroken door een meer. Ook hier maken we weer wegonderhoud mee, waardoor we een stuk over/door het grind mogen ploegen. Een stuk voor Jokkmokk overschrijden we de poolcirkel. Het is dat er een informatiebord staat, anders zou dat volledig ongemerkt blijven. In Jokkmokk staan we op “Arctic Camp”: een mooie camping aan een meer, met ruim opgezette plaatsen. We willen hier het Ajtte museum (museum over de Sami) bezoeken, maar besluiten dat in verband met de tijd door te schuiven naar morgen.
Gereden km’s: 160 km.
Dag 9: Zaterdag 30 juni 2018
Vanochtend bezoeken we het Ajjte museum, met een audio tour in het Engels. Het is een mooi, modern museum dat thematisch het leven van de Sami behandelt. Als je nagaat hoe hard het leven in deze barre omstandigheden voor ze is, is het een wonder dat ze ook nog zulk mooi handwerk (versierde messen, en kommen van berkenhout en berkenbast, zilveren sieraden en gebruiksvoorwerpen) konden maken. Om nog maar te zwijgen van de prachtige kostuums. Er zijn ook filmpjes van de eerste helft van de vorige eeuw waarin je ziet hoe handig ze alles regelden: rendieren voor de melk, de huiden, het vlees, maar ook als lastdieren en als trekkers voor de slee. De Sami gebruikten al duizenden jaren ski’s en waren daar zeer bedreven in. En als je dan ziet hoe simpel die ski’s waren: petje af!
Het weer is ontzettend opgeknapt: blauwe lucht met enkele witte wolkjes, het is een graad of 18 C. Ik besluit gebruik te maken van het openluchtzwembad dat bij de camping hoort. Hoe bijzonder is dat: zwemmen in de open lucht boven de poolcirkel! Prachtig uitzicht op de heuvels en het meer naast de camping. Als dat geen vakantie is!
Het wordt hier trouwens al helemaal niet meer donker. Grappig: op het informatiebord bij de receptie waar de weersverwachting staat aangegeven staat: zonsondergang: 2 uur en zonsopgang: 2 uur. Je merkt wel dat iedereen (inclusief de kinderen) daardoor laat gaat slapen. Om 23 uur ’s avonds hoor je nog kleine kinderen buiten spelen.
Gereden km’s: 24 km (omgeving Jokkmokk)
Dag 10: zondag 1 juli 2018
Verjaardag! Eerste cadeau is een stralend blauwe lucht en al 16 graden. Bij het ontbijt krijg ik van Marcel mijn mooi ingepakte cadeautje: een typisch Sami-zilveren hanger. Mooi!! Als we op pad gaan druppelen de felicitatie-appjes binnen. Leuk! We rijden vandaag van Jokkmokk naar Karesuendo, een grensplaats Zweden/Finland. Aan de Finse kant heet het dorpje Karesuento. Morgen zullen we een stuk door Finland rijden om daarna Noorwegen weer in te rijden. Vandaag rijden we nog een heel stuk over de E45, die hier smaller is dan in het Zuiden: hier is het een tweebaansweg met rondom bomen die duidelijk kleiner zijn dan in het Zuiden. Ook hier hebben we weer een stuk van 20 kilometer met wegonderhoud/grof grind. We rijden heel langzaam en dat is maar goed ook, want wat komt ons vrolijk tegemoet over de weg? Een rendierkalf! Totaal geen idee van risico’s, loopt hij daar op een drafje langs ons. Leuk hoor! De weg is heel rustig, dus het zal verder wel goed gaan met hem. We worden af en toe gepasseerd door motoren met volle bepakking, en zelf passeren we 3 keer een fietser. Dat is wel een hele prestatie. Zelfs 2 die helemaal alleen fietsen. En dan moet je bedenken dat we ook aardige hoogteverschillen hebben. We rijden tussen de 250 en 430 meter hoogte, dus dat komt er nog eens bij. We doen onderweg nog Gällivare aan, waar geen enkel cafeetje open is voor koffie, maar er is wel een gezellige markt waar we bij een klein kraampje zelfgebakken worteltaart en chocolade/ koffiecake kunnen kopen. Zalig! Dit stadje dreigt trouwens door de intensieve mijnbouw in de grond te zakken; er wordt hard aan gewerkt om binnen 20 jaar voldoende woningen op een andere plaats opgebouwd te hebben dat iedereen dan verhuisd kan zijn. Bijzonder! Rond 16 uur bereiken we de camping van Karesuendo met de voor de hand liggende naam: Karesundo camping, een kleine, beetje rommelige camping met (zoals gebruikelijk hier) een aantal trekkershutten en een klein veldje voor campers en caravans. De camping-eigenaar is een vrolijke man die ieder plekje weet aan te prijzen. Waar wij gaan staan noemt hij een goede keuze: “no trouble with the mosquitos”. Nou, dat valt tegen. Het wemelt hier van de muggen en zelfs Deet spray en Mygga crème houdt ze niet allemaal tegen. Dat betekent binnen achter de horren, jammer van de zon!
Gereden km’s: 308 km